RecensiesThrillers

Recensie: De erfgenaam, John Grisham

De koning van de juridische thrillers, die titel heeft John Grisham de afgelopen jaren met veel succes verdedigd. Na zijn debuut De jury (A time to kill) volgden vele boeken die zich voor een groot deel in de rechtszaal afspeelden. Een enkele keer dwaalde hij af naar een ‘gewone’ roman, om altijd weer terug te komen bij het genre waar hij beroemd mee werd. De erfgenaam is in die zin een extra symbolische terugkeer, want hij schreef een vervolg op zijn debuut, dat zich in dezelfde stad afspeelt en dezelfde hoofdpersoon heeft, Jake Brigance.

Het is drie jaar na Jakes legendarische overwinning in de zaak van Carl Lee Hailey, die terecht stond voor de moord op de verkrachters van zijn dochter. Samen met zijn gezin is hij wat tot rust gekomen, alhoewel hij nog steeds te maken heeft met de naweeën van de gebeurtenissen rondom de rechtszaak. Zo is de verzekering bijvoorbeeld nog niet overgegaan tot uitkering van het bedrag dat hij tegoed heeft na de brandstichting in zijn huis. Ook de zaken liggen niet echt voor het oprapen in de kleine stad met zijn vele advocaten. Daarom is een nieuwe lucratieve zaak natuurlijk uiterst welkom, en die komt dan ook op het juiste moment.

Een rijke houthandelaar, Seth Hubbard, zendt hem zijn handgeschreven testament, dat in zijn brievenbus arriveert nadat Hubbard zichzelf van het leven beroofd heeft. Hij had longkanker en wilde eindeloos lijden voorkomen. Het is zijn testament dat Jake van werk voorziet, maar ook grote ophef veroorzaakt. Met zijn laatste testament herroept hij namelijk een eerder geschreven testament, waarin hij zijn geld grotendeels aan zijn kinderen naliet. Zijn laatste daad voor zijn dood bestaat er echter uit dat hij in plaats daarvan 90% van zijn vermogen aan zijn huishoudster schenkt. Een zwarte huishoudster, wel te verstaan. Voor zijn kinderen heeft hij geen goed woord over. Met “Zij zijn geen aardige mensen” drukt hij zich nog eufemistisch uit in de begeleidende brief aan Jake.

Zijn familie laat het daar natuurlijk niet bij zitten en stelt alles in het werk om aan te tonen dat Seth wilsonbekwaam was bij het schrijven van zijn nieuwste testament. Aan Jake de taak om het testament te verdedigen tegen deze aanvallen. De kinderen (en kleinkinderen, die ook geld ruiken) nemen de beste advocaten in de hand, waaronder een die we bij Jakes beroemde zaak drie jaar geleden ook al tegenkwamen.

John Grisham beschrijft de opmaat naar de rechtszaak tot in detail, en al snel wordt duidelijk dat het op een ouderwetse juryzaak uitdraait. Maar is Lettie, de huishoudster, wel zo onbesproken van gedrag als Jake denkt? De advocaten van de kinderen gaan ver om het tegendeel te bewijzen. Hoe vindt de overwegend blanke jury het feit dat misschien een belangrijk deel van 24 miljoen dollar zomaar naar een zwarte vrouw gaat, en Seths kinderen achter het net vissen? De grootste vraag die iedereen in de rechtszaal bezighoudt is nog wel deze: waarom liet Seth zijn vermogen eigenlijk aan Lettie na?

Je moet er van houden, pagina’s lang gaat Grisham door op de gang van zaken bij de rechtszaak, pagina voor pagina laat hij zien hoe de beide partijen in zijn werk gaan bij de voorbereiding en tijdens de zaak. Maar hij doet dat wel zo aansprekend en meeslepend dat je gaandeweg steeds meer geboeid wordt. De auteur neemt je mee en maakt je vertrouwd met het juridische steekspel en de gang van zaken voor de rechter. Om de zoveel hoofdstukken geeft hij het verhaal weer een nieuwe wending, waardoor je pas tegen het einde een idee krijgt van hoe deze zaak zich zal oplossen. Pas op het allerlaatst speelt hij zijn laatste grote troef uit en valt alles op zijn plek. Onvermoeibaar en onverslaanbaar, die Grisham, en gelukkig maar!

Reageer

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *