RecensiesRomans

Recensie: Wat je ziet als je valt, Rebecca Wait

Nog voor je vijfentwintigste een boek schrijven dat door zowel het publiek als de pers goed onthaald wordt, dat lukt niet veel schrijvers. De in 1988 geboren Britse Rebecca Wait deed het met het boek Wat je ziet als je valt, een fijnzinnige en pakkende debuutroman over een gezin dat ontwricht is doordat hun zoon en broer te kampen kreeg met een diepe depressie. Zo’n vijf jaar later probeert dochter Emma erachter te komen welke gebeurtenis het gezin zo uit elkaar dreef en doet ze een poging om kloven te dichten.

De veertienjarige Emma is een op het eerste gezicht normaal puberend meisje, een beetje aan de dikke kant. Ze zoekt haar toevlucht namelijk geregeld in eten. Op aandringen van haar moeder probeert ze dat te minderen, maar zo af en toe zondigt ze nog met een zak chips. Op school valt ze buiten de groep. Het enige waar Emma zich echt met veel plezier in kan zetten is het bijbelstudiegroepje. Maar op een dag komen enkele van haar meer populaire klasgenoten ook ineens naar het bijbelstudiegroepje, ze nemen de boel over en Emma voelt zich opnieuw buitengesloten. Haar geloof in God krijgt een flinke klap te verduren. “Ze was kwaad op God. Hij hielp haar niet, ook al had ze Hem jarenlang trouw gediend.”

Tegelijk met haar dalende vertrouwen op een hogere macht, komt de zoektocht naar haar broer Jamie. Want zo’n vijf jaar geleden overleed de oudste broer Kit, en direct daarna verdween broer Jamie uit huis, zonder dat van beide kanten ooit nog contact werd opgenomen. Een van de weinige dingen die Emma zich nog herinnert is een hoog oplopende ruzie tussen Jamie en haar vader.

Jamie is in een klein provinciestadje gaan wonen en werkt al weer enige tijd in een boekwinkel. Daar voelt hij zich op zijn gemak, en het is eigenlijk ook het enige houvast in zijn leven. Veel vrienden heeft hij niet, geregeld spoken de gebeurtenissen uit het verleden door zijn hoofd. Op een dag komt een oude bekende in zijn boekwinkel. Het is Alice, met wie hij tot aan de dood van zijn broer Kit een relatie had. Zonder ook aan haar nog iets van zich te laten horen was Jamie vertrokken. Omdat ze zich nog verantwoordelijk voelt, laat Alice aan Jamie’s ouders weten dat ze hem is tegengekomen en vertelt ze waar hij werkt. Op haar beurt komt Emma dat te weten, en ze besluit hem op te zoeken.

Antwoorden op vragen over wat er in het verleden is gebeurd, dat is wat Emma wil. Langzaam maar zeker schuiven de puzzelstukjes in elkaar en ontstaat een scherp beeld van een door een tragedie losgeslagen gezin. De ouders praten niet meer met elkaar, Emma groeit eenzaam op, en contact met Jamie is er niet meer. Rebecca Wait beschrijft dit in een lichte, observerende stijl, gebruikmakend van de verschillende perspectieven die er in het verhaal zijn. Het middelste deel van het boek bestaat uit onbeantwoorde brieven van Jamie aan zijn vader, deze geven een inkijkje in hoe het voor hem is geweest om de afgelopen jaren zonder zijn familie verder te leven. De overige delen van het boek zijn afwisselend vanuit Emma, Jamie en hun ouders geschreven.

De kracht van het boek ligt in het feit dat de auteur er in slaagt een zwaar onderwerp als depressie toch een zekere kleur en lichtheid te geven. Dat komt mede door de subtiele humor die verweven zit in de vlot lezende, soms poëtische zinnen. Wat je ziet als je valt is een boek met veel lagen en toont de veerkracht van mensen, de helende werking van geloof en de hoopgevende mogelijkheid van tweede kansen in het leven.

Reageer

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *